Ads Top

Kifid: belang van minderjarigen rechtvaardigt een langere opzeggingstermijn

Bij broker DEGIRO konden minderjarigen (via hun ouders) beleggingsdiensten afnemen. De broker fuseert met een Duitse bank. Enige tijd na de fusie zegt de broker de overeenkomsten met de minderjarige consumenten op omdat zij geen bankrekeningen verstrekt aan minderjarigen.

In een Kifid procedure hebben drie minderjarigen zich daarover beklaagd. De Geschillencommissie oordeelt dat de broker de overeenkomst met deze minderjarigen mocht opzeggen, maar onvoldoende rekening heeft gehouden met hun belangen. De broker had een langere opzeggingstermijn moeten gebruiken en zo de nadelige gevolgen voor de minderjarigen kunnen beperken. Vanwege de te korte opzeggingstermijn moet de broker een schadevergoeding betalen van respectievelijk 300, 300 en 150 euro.

De vader van drie minderjarigen stuurt in de periode 2016-2018 een ingevuld acceptatieformulier aan de broker. Het doel is een beleggingsportefeuille realiseren voor zijn drie kinderen met een lange beleggingshorizon. De drie minderjarigen worden als klant geaccepteerd. In het voorjaar van 2021 krijgt de vader van zijn broker bericht over de fusie met de Duitse bank flatex. Daarin staat vermeld dat ‘ de overeenkomst volledig van kracht blijft en in essentie gelijk’ . In februari 2022 meldt de broker echter dat de overeenkomst met de minderjarigen wordt opgezegd. Als reden wordt vermeld dat de broker aan minderjarigen de voor een beleggingsrekening vereiste bankrekening niet kan verstrekken. De (ouders van de) minderjarigen krijgen ongeveer drie maanden (tot 15 mei 2022) de tijd om te zorgen dat er op de rekeningen geen beleggingen meer staan. Mochten er toch nog beleggingen zijn, dan zal de broker die verkopen. In juli 2022 zijn de beleggingen door de broker verkocht. De vader beklaagt zich namens zijn kinderen bij Kifid over ontoereikende en onjuiste informatie over de gevolgen van de fusie. Hij wil dat de broker de drie beleggingsrekeningen heropent en de schade vergoedt.

Volgens de geldende voorwaarden mogen beide partijen de overeenkomst eenzijdig beëindigen. Voor de broker geldt een opzegtermijn van twee maanden. Staan er dan nog beleggingen op de rekening, dan mag de broker die verkopen. De broker heeft in deze klachtzaak in lijn met die voorwaarden gehandeld. De opzegging van een overeenkomst moet wel gebeuren op een manier die de toets aan maatstaven van redelijkheid en billijkheid kan doorstaan. De Geschillencommissie concludeert dat de broker een voldoende zwaarwegende reden voor opzegging heeft. Immers, het openen van een bankrekening voor een minderjarige in Duitsland, waar fusiepartner flatex is gevestigd, gaat gepaard met extra eisen die niet in de digitale werkwijze van de broker zijn in te passen. Van de broker kan daarom niet worden verlangd dat de rekeningen worden heropend.

Wel oordeelt de Geschillencommissie dat bij de opzegging onvoldoende rekening is gehouden met de belangen van de minderjarigen. De vader heeft een poging gedaan om met de broker tot een praktische oplossing te komen. De vader moest zelf een broker zien te vinden die nog wel beleggingsrekeningen voor minderjarigen aanbiedt. De broker heeft geen informatie gegeven die (de vader van) de minderjarigen op weg kon helpen met de beslissing om de beleggingen over te boeken of ze te verkopen. Daarbij weegt de Geschillencommissie mee dat de rekeninghouders minderjarig zijn en dat hun belangen door hun wettelijke vertegenwoordigers worden behartigd. Met het oog op die taak hebben wettelijke vertegenwoordigers voldoende tijd en informatie nodig om een weloverwogen keuze te kunnen maken. De broker had in het belang van de minderjarigen voldoende antwoord moeten geven op de vragen van de vader én meer tijd moeten gunnen voor het nemen van een beslissing. De Geschillencommissie concludeert dat een opzeggingstermijn eindigend op 31 december 2022 voldoende zou zijn geweest.


De minderjarigen wijzen op de tegenstrijdige informatie die zij hebben ontvangen over de gevolgen van de fusie voor hun overeenkomst. De Geschillencommissie concludeert dat niet is gebleken dat de broker al tijdens de fusie definitief had besloten dat overeenkomsten met minderjarigen zouden worden beëindigd. Daarom is het niet komen vast te staan dat de broker al tijdens de fusie in 2021 de minderjarigen hierover had moeten informeren.

De Geschillencommissie oordeelt dat de broker schade moet vergoeden voor zover die het gevolg is van de te korte opzeggingstermijn. De schadevergoeding voor de drie minderjarigen komt uit op een bedrag van respectievelijk 300, 300 en 150 euro plus wettelijke rente.

Geen opmerkingen:

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.

Mogelijk gemaakt door Blogger.