vrijdag 28 november 2025

Toezichthouder Waarderingskamer ziet forse daling WOZ-bezwaren en snellere afhandeling

Uit landelijk onderzoek naar de afhandeling van (no-cure-no-pay) bezwaren blijkt dat het aantal WOZ-bezwaren in 2024 bijna is gehalveerd ten opzichte van het jaar ervoor. Waar in 2023 nog tegen ruim 610.000 WOZ-waarden bezwaar werd gemaakt, ging het dit jaar om 317.000 bezwaren, goed voor 4,2% van alle WOZ-objecten. De daling geldt zowel voor de bezwaren die mensen of bedrijven zelf hebben ingediend als voor de bezwaren waarvoor gespecialiseerde bureaus zijn ingehuurd.

“Na de piek van vorig jaar lijkt de rust teruggekeerd,” zegt de Waarderingskamer, toezichthouder op de uitvoering van de Wet WOZ. “Gemeenten hebben veel geleerd van de hoge aantallen bezwaren in 2023 en hebben hun processen zichtbaar verbeterd.”

Bij woningen daalde het aandeel bezwaren van 8,2% naar 4,1%. Ook bij bedrijfsmatig vastgoed is de daling duidelijk: van 7,8% naar 6,0%. Hoewel het totaal aantal bezwaren en ook het aantal bezwaren dat is ingediend door gespecialiseerde bureaus die werken op basis van no cure no pay, fors afnam, steeg het (relatieve) aandeel van deze “no-cure-no-pay-bezwaren” bij woningen nog licht.

Mede door het geringere aantal zijn bezwaren sneller afgehandeld. In 2024 werd 93% van de ingediende woningbezwaren binnen het kalenderjaar afgerond, terwijl dat in 2023 slechts bij 75% van de bezwaren was gelukt. Gemeenten voldoen daarmee veel beter aan de wettelijke termijn, waardoor de belastingbetaler ook minder lang hoeft te wachten op duidelijkheid.

“De forse verbetering in tijdigheid laat zien dat gemeenten hun processen hebben verbeterd, en hebben geleerd van het drukke jaar 2023” aldus de Waarderingskamer. “Het lagere aantal bezwaren gaf ademruimte, maar veel organisaties hebben ook echt hun werkwijze aangescherpt.”

De ingediende WOZ-bezwaren waren lang niet allemaal succesvol. Van de ingediende WOZ-bezwaren heeft ongeveer 27% geleid tot een verandering van de WOZ-waarde. In 2023 leidde nog ruim 31% van de WOZ-bezwaren tot een aanpassing van de WOZ-waarde.

De bureaus die werken op basis van no cure no pay waren in 2024 minder succesvol met hun bezwaren. De door hen ingediende WOZ-bezwaren leidden slechts in circa 18% van de gevallen tot een aanpassing van de WOZ-waarde, terwijl dit in 2023 nog bijna 21% was.

Box 3-lastenverzwaring voor 2026 van tafel: kabinetsmaatregel gaat niet door


De geplande verhoging van de vermogensheffing in Box 3 wordt voor 2026 toch niet doorgevoerd. Wat voor spaarders en beleggers positief nieuws is, zou oorspronkelijk ruim 2,55 miljard euro aan extra belastingopbrengsten moeten opleveren.  

Het voorstel van het demissionaire kabinet voorzag onder meer in het verhogen van het forfaitaire rendement op spaargeld, beleggingen en vastgoed naar 7,78 %. Ook zou het heffingvrije vermogen verlaagd worden. Beide plannen zijn door de Tweede Kamer verworpen.  

In plaats daarvan is gekozen voor een andere dekking van het begrotingstekort: de versnelde afbouw van de Wet Hillen — de regeling die belastingvoordeel geeft aan huizenbezitters zonder of met weinig hypotheekschuld. De afbouw eindigt niet meer in 2048, maar in 2041.  

Wat dit betekent voor belastingbetalers
    •    Het forfait voor “overige bezittingen” blijft in 2026 op 6 %, in plaats van de geplande 7,78 %.  
    •    Het heffingvrije vermogen wordt in 2026 – zoals gewoonlijk – geïndexeerd en komt uit op circa € 59.357 per persoon.  
    •    Voor veel belastingplichtigen betekent dit dat hun vermogensrendementsheffing in box 3 in 2026 niet omhoog zal gaan — in tegenstelling tot wat eerder werd voorgesteld.  

Om het begrotingstekort op te vullen zonder de box 3-heffing te verhogen, schuift de rekening door naar huiseigenaren met weinig of geen hypotheekschuld, via de versnelde afbouw van de Wet Hillen.  

donderdag 27 november 2025

Privacy First waarschuwt voor digitale euro: dringend debat vereist

De stichting Privacy First uit haar bezorgdheid over de geplande uitrol van de digitale euro. Volgens hen is er vooralsnog geen degelijke politieke discussie gevoerd, terwijl de gevolgen voor de financiële privacy van burgers groot kunnen zijn. Ze pleiten voor een breed en grondig debat.

Privacy First stelt dat de Europese Centrale Bank (ECB) te veel macht krijgt zonder voldoende democratische verantwoording. Transparantie en controle op fouten zijn volgens hen ontoereikend, en het alternatief – een ander ontwerp met minder risico’s – wordt nauwelijks serieus overwogen. 

De stichting ziet een concentratie van macht: de ECB is degene die het ontwerp van het digitale-euro-systeem bepaalt. Er komt mogelijk een centrale database waarin alle digitale eurobetalingen worden geregistreerd.  

Er bestaat het risico van ‘programmeerbaar geld’: geld dat alleen kan worden gebruikt voor bepaalde, vooraf bepaalde doeleinden. De invoering van de digitale euro kan leiden tot het verdwijnen van contant geld, wat volgens Privacy First problematisch is aangezien contant geld de enige echte anonieme betaalvorm is. 

Privacy First vreest dat gebruik van de digitale euro gepaard gaat met de introductie of uitbreiding van een Europese digitale identiteit. Ze stelt dat een digitale wallet onlosmakelijk verbonden kan raken met persoonsgegevens.

Revolut bereikt waardering van $ 75 miljard bij nieuwe kapitaalronde

Revolut heeft nieuwe financiering opgehaald via een aandelenverkoop, waardoor het bedrijf nu gewaardeerd wordt op 75 miljard dollar. Hiermee bevestigt de Britse neobank zijn status als een van de meest waardevolle private technologiebedrijven in Europa. 

De deal werd geleid door investeerders zoals Coatue, Greenoaks, Dragoneer en Fidelity. Daarnaast namen onder andere Nvidia’s NVentures, Andreessen Horowitz (a16z) en Franklin Templeton deel. 

Revolut gaf niet aan hoeveel kapitaal precies werd opgehaald, maar maakte wel bekend dat werknemers de mogelijkheid hadden om (een deel van) hun aandelen te verkopen.  

Voor zover bekend was de post-money waardering in augustus 2025 nog $48 miljard, en in totaal heeft Revolut 2,89 miljard aan durfkapitaal opgehaald volgens PitchBook.

woensdag 26 november 2025

Nederlander vertrouwt financiële sector, al groeit zorg over gezondheid instellingen

Ruim de helft van de Nederlandse huishoudens heeft vertrouwen in de financiële sector, evenveel als een jaar eerder. Daarentegen is het aantal Nederlanders dat zich zorgen maakt over de financiële gezondheid van banken, verzekeraars en pensioenfondsen wel gegroeid. Dat blijkt uit een onderzoek van De Nederlandsche Bank (DNB) onder ruim 2.400 huishoudens.

Het vertrouwen in financiële instellingen is het afgelopen jaar stabiel gebleven. 52% van de door DNB ondervraagde huishoudens geeft aan tamelijk veel of heel veel vertrouwen te hebben in financiële instellingen. De rest had niet zoveel of helemaal geen vertrouwen. Het vertrouwen in het bedrijfsleven, is ook op een vergelijkbaar niveau als vorig jaar.

Het vertrouwen in publieke instellingen is daarentegen wel afgenomen. Zo is het vertrouwen in de nationale politiek gedaald tot 18%, en in de ambtenarij tot 36%. Ook het vertrouwen in DNB daalde licht, maar is met 70% nog wel hoog te noemen. Dat Nederlanders minder vertrouwen hebben in publieke instellingen past in een algemene trend: in 2025 geeft nog maar 53% van de huishoudens aan tamelijk veel of heel veel vertrouwen in anderen te hebben, tegenover 62% in 2024. Het vertrouwen in de Europese Centrale Bank (ECB) is wel op een vergelijkbaar niveau als vorig jaar.

Uit het onderzoek blijkt verder dat Nederlandse huishoudens iets minder vertrouwen hebben in de financiële gezondheid van banken, verzekeraars en pensioenfondsen dan een jaar eerder. In 2025 vertrouwt 66% van de ondervraagden erop dat banken het aan hen toevertrouwde geld te allen tijde kunnen terugbetalen. Bij verzekeraars ligt het vertrouwen op het nakomen van hun contractuele verplichtingen aan verzekerden op 60%. In 2024 lagen deze percentages op respectievelijk 71% en 63%.

De grootste afname zien we bij pensioenfondsen. Waar in 2024 nog 57% van de ondervraagden er vertrouwen in had dat fondsen hun toezeggingen aan pensioengerechtigden kunnen nakomen, is dat percentage nu 51%. Het vertrouwen dat het eigen pensioenfonds hiertoe in staat is, ligt met 57% dan weer wat hoger.

De afname van vertrouwen in de financiële gezondheid van banken, verzekeraars en pensioenfondsen is opvallend. Er hebben namelijk geen concrete veranderingen plaatsgevonden. De financiële positie van pensioenfondsen en verzekeraars is in het afgelopen jaar stabiel gebleven en die bevindt zich al meerdere jaren op een relatief hoog niveau.

Ook banken staan er financieel sterk voor. De winstgevendheid is de laatste jaren, mede dankzij hogere rentes en een goed presterende Nederlandse economie, toegenomen. Door dalende rente-inkomsten zijn hun winstmarges afgelopen jaar wel iets onder druk komen te staan.

Nieuwe scam richt zich op cryptobezitters

Cybercriminelen richten hun pijlen op mensen met cryptovaluta. Ze sturen phishing-mails met een vervalst belastingformulier dat eruitziet alsof het van de Belastingdienst komt. In dat formulier wordt gevraagd hoeveel crypto je bezit en waar die is opgeslagen — bijvoorbeeld op platforms als Bitvavo of Coinbase, maar ook op hardware wallets (zoals USB-sticks).

Naast je crypto-gegevens moet je je telefoonnummer en je adres invullen. Deze persoonlijke informatie kan misbruikt worden: slachtoffers kunnen telefonisch benaderd worden, maar criminelen kunnen er zelfs achter komen waar je woont en mogelijk overvallen of ontvoerd worden. Dat is geen theoretisch risico — wereldwijd worden cryptobezitters al steeds vaker slachtoffer van dit soort misdrijven, ook in Nederland.

Een recente zaak: de politie heeft vijf mensen gearresteerd die verdacht worden van ontvoering van een 24-jarige man, om zo via geweld crypto van hem te eisen. 

De oplichters passen hun aanpak voortdurend aan: de URL van de nepsite verandert regelmatig om detectie te ontwijken, en de e-mails lijken steeds meer op officiële berichten van de overheid. Volgens onderzoeker Wesley Neelen wordt mogelijk gebruikgemaakt van gelekte e-mailadressen van crypto-gebruikers, bijvoorbeeld van mensen met een hardware wallet.

Belangrijk om te weten: er bestaat géén speciaal aangifteformulier voor crypto bij de Belastingdienst. Crypto-bezit moet gewoon via de reguliere inkomstenbelasting opgegeven worden. Ook communiceert de Belastingdienst via de Berichtenbox-app, niet via e-maillinks. 

dinsdag 25 november 2025

Uitzonderingen acceptatieplicht contant geld

Het is belangrijk dat iedereen op zoveel mogelijk plekken met contant geld kan blijven betalen. Op deze manier kan iedereen mee blijven doen in de maatschappij. Er komt daarom een wettelijke acceptatieplicht voor contant geld. Dit betekent dat contant geld verplicht moet worden geaccepteerd bij betalingen van consumenten aan de toonbank.

Het gaat om betalingen aan winkeliers of bijvoorbeeld in horecagelegenheden. Wel zullen er een aantal uitzonderingen gaan gelden in het kader van specifieke werkzaamheden of de veiligheid. Dit staat in het ontwerpbesluit van minister Heinen van Financiën en staatssecretaris Rutte van Justitie en Veiligheid dat vandaag in consultatie gaat voor de duur van zes weken. Het streven is dat de acceptatieplicht in 2027 in gaat. 

De acceptatieplicht gaat gelden voor betalingen van consumenten aan de toonbank. Op deze manier wordt gegarandeerd dat er zo breed mogelijk met contant geld betaald kan worden. Tegelijkertijd heeft het accepteren van contant geld ook nadelen. Zo zijn er met name zorgen om de veiligheid van ondernemers en werknemers. Grote hoeveelheden contant geld zorgen voor een verhoogd risico op criminaliteit, zoals overvallen. Het kabinet stelt daarom een aantal uitzonderingen vast voor situaties waarbij het noodzakelijk is om contant geld te weigeren.

Zo mag contant geld geweigerd worden in de nacht tussen 22:00 en 06.00 ’s ochtends. Andere situaties die uitgezonderd worden van de acceptatieplicht zijn onder meer: online aankopen, het periodiek betalen van een abonnement zoals een telefoonabonnement of energierekening, het kopen van een vervoersbewijs in het openbaar vervoer, (maaltijd)bezorgers en andere huis-aan-huis verkoop. Ook betalingen bij onbemande locaties, zoals tankstations en tolpoorten, worden uitgezonderd van de acceptatieplicht. Daarnaast kunnen ondernemers, vanwege de veiligheid, voor de periode dat deze veiligheidsrisico’s spelen, betalingen in contant geld weigeren. Tot slot kunnen kleine ondernemers (met minder dan vier werknemers) omwille van de veiligheidsrisico’s betalingen met contant geld weigeren.

Het ontwerpbesluit gaat vandaag voor een periode van zes weken in consultatie. Daarna worden de opmerkingen verwerkt en wordt het besluit voorgehangen aan de Tweede en Eerste Kamer. Daarna wordt het besluit aangeboden aan de Raad van State voor advies.

Ook op Europees niveau wordt momenteel onderhandeld over een acceptatieplicht en uitzonderingen erop. Als deze Europese regelgeving wordt aangenomen kan dit wellicht gevolgen hebben voor de uitzonderingen in dit besluit.

maandag 24 november 2025

'Nederland loopt achter met kennis over nieuwe betaalpassen'

Hoewel Nederland vooroploopt in digitaal betalen, weten veel mensen niet wat er gaat veranderen met hun pinpas. Uit onderzoek van myPOS blijkt dat bijna twee op de vijf Nederlanders (39%) het verschil niet kent tussen de traditionele pinpas en een Debit Mastercard. En dat terwijl de traditionele pinpas per 2027 volledig verdwijnt uit het betaalverkeer. 

Mastercard en Visa kondigden al enkele jaren geleden aan te stoppen met de traditionele pinpas (Maestro en V PAY). Deze betaalpassen sluiten niet langer aan op het betaalgedrag van vandaag: online shoppen, internationale transacties en het gebruik van digitale wallets. Sindsdien wordt in Nederland gewerkt aan de overstap, maar die verloopt niet overal tegelijk. Partijen zoals Rabobank en myPOS begonnen in 2023 met de uitgifte van de nieuwe debitkaarten. ABN AMRO volgde in 2025, terwijl andere instellingen nog midden in de overgang zitten. 

De uitrol vindt niet overal tegelijk plaats en voor een groot deel van de Nederlanders is nog niet duidelijk wat deze overstap betekent. De kennisachterstand is het grootst bij 55-plussers (41%) en in West-Nederland (42%). Volgens Chris Brillouet, Country Manager Benelux bij myPOS, leidt dat tot gemiste kansen: “Deze nieuwe generatie betaalkaarten maakt transacties slimmer dankzij de directe koppeling met digitale wallets, zoals Apple Pay en Google Pay, en online kassa’s. Daarnaast worden de debitkaarten wereldwijd geaccepteerd – zoals we gewend zijn van een creditcard – en zijn transacties veiliger door moderne beveiligingstechnieken.”

Niet alleen consumenten, ook veel ondernemers weten niet wat de nieuwe betaalkaarten concreet betekenen voor hun bedrijf. Ondernemers geven bij myPOS aan dat ze de nieuwe debitkaarten graag op meer plekken willen gebruiken. In de praktijk komt het echter voor dat apparaten de nieuwe betaalkaarten nog niet overal goed lezen, waardoor transacties worden geweigerd. Zodra de betaalterminals volledig up-to-date zijn, leveren de debitkaarten direct voordelen op voor ondernemers; het biedt namelijk een lager risico op misgelopen transacties en betere aansluiting op internationale klanten. 

Nederland is het land van de pinbetalers; volgens Betaalvereniging Nederland verloopt meer dan 80 procent van de aankopen in winkels contactloos of via pin. In zo’n sterk digitaal systeem kan onwetendheid leiden tot gemiste kansen: veel gebruikers en ondernemers weten nog niet welke extra mogelijkheden de nieuwe debitkaarten bieden, terwijl die in de praktijk al beschikbaar zijn en echt verschil kunnen maken. 
 
myPOS geeft aan dat goede kennis nodig is om de voordelen te benutten. Brillouet: “De techniek ligt klaar, maar een soepele overgang vraagt om duidelijke en consistente informatieverstrekking van banken en kaartuitgevers. Consumenten en ondernemers hebben het recht om vroegtijdig geïnformeerd te worden over veranderingen, zodat zij tijdig kunnen anticiperen op de wijzigingen. Alleen dan plukt het Nederlands betaalverkeer zijn vruchten.”

Nederlander belegt minder dan gemiddelde Europeaan

Collectief bekeken behoort Nederland tot de grootste beleggers van Europa. Weinig landen investeren een groter deel van hun nationale vermogen in aandelen en obligaties dan het onze. Maar als we inzoomen op Nederlandse huishoudens valt er iets op: die beleggen juist relatief weinig. Tot deze conclusie komen onderzoekers van De Nederlandsche Bank in een artikel dat in economenmagazine ESB is verschenen.

Daaruit blijkt allereerst dat we met z’n allen voor €2.023 miljard in de kapitaalmarkten hebben geïnvesteerd. Dat komt neer op 77% van ons totale vermogen en dat is heel fors. Dat is echter vooral te danken aan het bedrag dat we via onze pensioenfondsen en verzekeraars beleggen. Als we kijken naar het aandeel van wat individuele huishoudens zelf aan vermogen beleggen, komen we uit op een gemiddelde van slechts 23% van het vrij besteedbare vermogen.

Daarmee scoren Nederlanders lager dan het doorsnee Europese huishouden, dat gemiddeld 36% van het vrij besteedbare vermogen belegt. Amerikanen beleggen nog meer, daar ligt het percentage op 79%. Wat de Europese Commissie betreft gaat het in Europa ook die kant op. Begin dit jaar lanceerde zij de zogeheten ‘Savings and Investment Union’, een plan om meer Europees spaargeld naar de Europese kapitaalmarkt te laten vloeien.

Dat is nodig, vindt zij, omdat het geld dat nu grotendeels op spaar- en betaalrekeningen staat, beter kan worden gebruikt om de Europese economie een stimulans te geven. Het Europese vermogen dat wél wordt belegd, gaat bovendien voornamelijk naar Amerika.

Nederland is daarvan een goed voorbeeld. Zo'n 70% van alle beleggingen van Nederlandse huishoudens verlaat de Europese Unie. In dat percentage zitten ook de beleggingen die huishoudens via fondsen laten beleggen. Waar en of mensen beleggen, zal altijd een persoonlijke keuze blijven. Maar als meer van dit kapitaal in Europa blijft, wordt het voor bedrijven makkelijker en waarschijnlijk goedkoper om aan groeigeld te komen, is het idee.

Het Europese bedrijfsleven kan die kapitaalinjectie in elk geval goed gebruiken. Econoom en voormalig ECB-president Mario Draghi becijferde in de zomer van 2024 dat in Europa ieder jaar voor zeker €750 miljard moet worden geïnvesteerd in innovatie. Dat is het bedrag dat nodig is om ons continent economisch concurrerend te kunnen laten blijven met China en de Verenigde Staten.

Huishoudens kunnen een groot deel van het benodigde kapitaal op tafel leggen, maar daarvoor moeten nog wel een aantal obstakels worden overwonnen. Cultuur is een factor: in veel landen bestaat een hardnekkige spaarcultuur. Huishoudens in bijvoorbeeld Duitsland en Ierland laten het geld liever op de bank staan in ruil voor spaarrente.

Verder beleggen Nederlanders nauwelijks bij andere Europeanen, blijkt uit de cijfers. Een groot deel van het Nederlandse vermogen gaat, meestal via beleggingsfondsen, naar de Amerikaanse aandelenmarkten in plaats van naar andere EU-markten. Eén verklaring daarvoor kan zijn dat direct beleggen tussen EU-lidstaten als ingewikkeld wordt beschouwd. Dit omdat ieder land zijn eigen regels heeft.  

Neem als voorbeeld de uiteenlopende vormen van bescherming bij faillissementen. Mede daarom zoeken bedrijven vaak alleen geldschieters uit eigen land op in plaats van binnen het hele Europese continent. Op hun beurt zetten directe investeerders hun vermogen ook liever in eigen land aan het werk. 

vrijdag 21 november 2025

ING markeert 40 jaar pinnen in Nederland met introductie vernieuwde betaalpas

Deze maand staat ING stil bij een bijzonder moment. Het is namelijk 40 jaar geleden dat pinnen zijn intrede deed in Nederland. In november 1985 verrichtte toenmalig minister van Verkeer en Waterstaat Neelie Smit-Kroes de allereerste pinbetaling op een tankstation in Geldrop met een betaalpas van de Postgiro, een voorloper van ING. Sindsdien is er veel veranderd: van magneetstrip naar chip, van chip naar contactloos en van contactloos naar mobiel betalen met telefoon of smartwatch. 

In 1976 en dus bijna 50 jaar geleden, introduceerde de Gemeentegiro Amsterdam (ook een voorloper van ING) de eerste pas met magneetstrip en pincode: de ‘Geldkaart’. 

ING markeert 40 jaar pinnen met de introductie van vernieuwde ING Betaalpas van Visa of Mastercard voor particuliere en zakelijke klanten. 

De nieuwe ING betaalpas werkt precies hetzelfde als voorheen, maar met nieuwe mogelijkheden zoals:
Een betere acceptatie buiten Europa, voor zowel de fysieke als de digitale betaalpas
Gemakkelijk contactloos geld opnemen met mobiele telefoon of smartwatch via Apple Pay, Google Pay of Garmin Pay.
Online betalen met de betaalpasgegevens door simpelweg de kaartgegevens in te vullen. 

De nieuwe betaalpas voor particuliere klanten blijft in de vertrouwde ING-oranje kleur. De zakelijke pas is wit en daardoor goed te onderscheiden van de particuliere betaalpas voor klanten die in het bezit zijn van beide passen. Ook kunnen particuliere klanten de pas nog steeds personaliseren met een eigen foto. Daarnaast behoudt de betaalpas de inkeping, waardoor het voor klanten met een visuele beperking ook gemakkelijk blijft om de pas te herkennen.

De nieuwe betaalpas heeft een staand ontwerp met, naast het vertrouwde ING logo, nog een ander logo: het Mastercard of Visa logo. Daarnaast staat op alle betaalpassen een 16-cijferig kaartnummer, daardoor lijkt hij op een creditcard, maar het is een betaalpas. Een belangrijk verschil is dat elke transactie gewoon zoals klanten gewend zijn direct wordt afgeschreven van de betaalrekening.

Alle nieuwe klanten ontvangen de nieuwe ING Betaalpas van het merk Visa of Mastercard en binnenkort begint ING ook met het vervangen van de bestaande betaalpassen. Klanten hoeven hiervoor zelf niets te doen. Wel is het belangrijk dat het adres dat bij ING bekend is klopt, zodat de nieuwe betaalpas op het juiste adres wordt bezorgd. Een adreswijziging kan eenvoudig worden doorgegeven via de ING App, Mijn ING of op een ING Servicepunt.

Offline crypto-wallets worden explosief populair door hacks en recordkoersen

Nu cyberaanvallen op cryptobedrijven toenemen en munten nieuwe recordhoogtes bereiken, is de vraag naar zogenaamde cold wallets – fysieke, offline opslag voor cryptovaluta – fors toegenomen. 

Volgens Chainalysis werd in de eerste helft van dit jaar al voor 2,2 miljard US dollar aan crypto gestolen — meer dan in heel 2024. Ongeveer 23 procent van die diefstallen trof individuele gebruikers.  

Ledger, een toonaangevende fabrikant van hardware-wallets, merkt dat 2025 nu al het beste jaar ooit was qua verkoop. Volgens CEO Pascal Gauthier komt die stijging doordat “we elke dag meer worden gehackt … en het volgend jaar niet beter wordt”.  

Tegelijkertijd hebben stijgende crypto­koersen – onder invloed van onder meer politiek en groeiende interesse – bijgedragen aan de aandacht voor veiligheid. Toen bedrijven zoals Bybit in één klap voor meer dan 1,5 miljard US dollar werden beroofd, werd het risico voor gebruikers nóg zichtbaarder.  

Wie grote bedragen in cryptomunten bezit, kiest daardoor steeds vaker voor hardware-opslag. Deze cold wallets zijn niet continu verbonden met het internet en bieden zo een sterke bescherming tegen hacks. De trend is duidelijk: veiliger bewaren is belangrijker geworden dan ooit.

donderdag 20 november 2025

Banken steken jaarlijks miljarden in kritieke mineralen,mensenrechten en milieu onder druk

Uit het nieuwe rapport van Oxfam en Fair Finance International blijkt dat Europese banken, verzekeraars en pensioenfondsen, waaronder ING en ABP, blindelings investeren in mijnbouwbedrijven die in verband worden gebracht met landroof, milieuvervuiling en mensenrechtenschendingen. Tussen 2016 en 2024 verstrekten Europese banken € 64 miljard aan leningen aan mijnbouwbedrijven die kritieke grondstoffen winnen zoals waaronder lithium, koper, nikkel en kobalt. Dit nieuwe rapport verschijnt op dag dat in Brussel de Raw Materials week van de Europese Commissie van start gaat.

Het rapport, "Financing Critical Minerals but Failing Critical Safeguards", concludeert dat Europa's streven naar het veiligstellen van kritieke grondstoffen die nodig zijn voor de energie transitie onbedoeld mensenrechtenschendingen en milieuschade aanwakkert. Het rapport benadrukt de financiële en reputatierisico's voor banken en investeerders en legt de verborgen impact bloot van de groene agenda van de EU. Tegelijkertijd draait de EU haar duurzaamheids- en groene agenda steeds meer terug.

In het rapport worden de acht grootste Europese financiële instellingen geanalyseerd op hun milieu- en mensenrechtenwaarborgen, waaronder BNP Paribas, Crédit Agricole, Deutsche Bank, ING, Allianz en Banco Santander. De scores variëren van slechts 2,6 tot 4,0 op een schaal van 10. Het Nederlandse pensioenfonds ABP, dat het beste presteert, kreeg een bescheiden 4. ING komt niet verder dan een 3,7. Crédit Agricole, de grootste investeerder in mijnbouwbedrijven in de EU, Allianz, de op één na grootste investeerder, en de Spaanse bank BBVA scoorden allemaal lager dan 3.

"De race naar kritieke mineralen wordt vaak gezien als noodzakelijk voor wereldwijde energietransitie, maar hun toeleveringsketens worden geteisterd door vervuiling en sociale conflicten. Het gaat hier niet om een ​​paar rotte appels, maar om een ​​systeem dat Europese financiers buiten schot laat omdat de regels te zwak zijn. Dit leidt niet alleen tot mensenrechtenschendingen en milieuschendingen, maar stelt Europese banken en investeerders ook bloot aan financiële en reputatierisico's", aldus Kees Kodde, projectleider van Oxfam en Fair Finance International. 

Beleggingen huishoudens breken door de grens van 200 miljard euro dankzij beurskoersen

De omvang van de beleggingen van Nederlandse huishoudens steeg in het derde kwartaal van 2025 voor het eerst tot boven de 200 miljard euro, blijkt uit nieuwe cijfers van DNB. De groei komt met name door stijgende beurskoersen. Vooral veel techaandelen stegen fors in waarde, waardoor ASML de koppositie van Shell overnam als aandeel waarin Nederlandse huishoudens het meest hebben belegd. 

De totale omvang van de beleggingen van Nederlandse huishoudens bedroeg aan het eind van het derde kwartaal van 2025 204,7 miljard euro, een stijging van 9 miljard ten opzichte van een kwartaal eerder. Huishoudens profiteerden vooral van stijgende beurskoersen: de impact van netto aankopen (+ € 433 miljoen) en wisselkoersen (- € 157 miljoen) was beperkt.

Huishoudens beleggen het meest in beleggingsfondsen: de waarde van participaties in beleggingsfondsen steeg van 123,0 miljard euro aan het eind van het tweede kwartaal tot 128,5 miljard (+4,5%). De beleggingen in beursgenoteerde aandelen stegen afgelopen kwartaal met 5,4% in waarde tot € 69,4 miljard. Het bezit in obligaties had aan het einde van het derde kwartaal een waarde van € 6,7 miljard.

Een van de gestegen koersen waar Nederlandse huishoudens flink van profiteerden was die van het aandeel ASML: de waarde van een aandeel steeg in het derde kwartaal met 22%.

Door die koersstijging bezaten huishoudens eind september voor 4,4 miljard euro aan aandelen van het hightechbedrijf. Door netto verkopen ter waarde van € 188 miljoen kwam de stijging voor huishoudens op 16,6% uit ten opzichte van een kwartaal eerder.

Daarmee is ASML nu ook het aandeel waarin huishoudens het meest beleggen. Lange tijd werd deze lijst van grootste beleggingen in individuele beursgenoteerde aandelen aangevoerd door Shell, maar de waarde van de beleggingen in de olie- en gasreus is al langere tijd dalende.

Dit komt onder meer doordat huishoudens in de laatste drie jaar voor ongeveer netto € 1,6 miljard aan Shell-aandelen hebben verkocht. En hoewel de beurskoers van Shell in deze periode steeg, ging dit minder snel dan het gemiddelde van de AEX.

Sinds DNB deze cijfers bijhoudt (december 2018) is ASML pas het derde bedrijf dat de lijst van beleggingen van Nederlandse huishoudens aanvoert. Ook Rabobank, waarvan de Ledencertificaten volgens statistische richtlijnen als beursgenoteerde aandelen worden beschouwd, was eerder de grootste.

Overigens is ASML niet het enige bedrijf in de technologiesector waarvan de waarde in de portefeuille van Nederlandse huishoudens sterk steeg in het afgelopen kwartaal. Ook de beleggingen in het Nederlandse technologie-investeringsbedrijf Prosus en in de grote Amerikaanse techbedrijven Apple, NVIDIA, Alphabet en Tesla groeiden met ongeveer 16,0% in waarde.
Omvang beleggingen huishoudens in perspectief

Het totale effectenbezit van Nederlandse huishoudens bestaat uit beursgenoteerde aandelen, beleggingsfondsen en obligaties voor in totaal € 204,7 miljard aan het einde van het derde kwartaal van 2025. Ter vergelijking: Nederlandse huishoudens hebben veel meer spaargeld op spaarrekeningen bij Nederlandse banken (€ 518,4 miljard) dan beleggingen. Ook staat er nog € 108,3 miljard op betaalrekeningen bij Nederlandse banken. Huishoudens hebben daarnaast nog omvangrijke vermogens bij pensioenfondsen en verzekeraars, in eigen ondernemingen en in de huizenmarkt, die buiten het directe effectenbezit vallen. 

Verraderlijke rust: financiële markten kwetsbaar

De veerkracht die de financiële markten recent hebben laten zien, is niet gegarandeerd naar de toekomst toe. Aanhoudende geopolitieke spanningen, onderlinge afhankelijkheden en toenemende verwevenheid van het traditionele financiële stelsel met crypto’s en andere lichter gereguleerde markten maken de sector kwetsbaar. De Autoriteit Financiële Markten (AFM) benadrukt dat de risico’s groot, complex en ondoorzichtig blijven in het vandaag gepubliceerde rapport Trendzicht 2026. Daarnaast deed de AFM een verdiepende analyse van twee onderwerpen: scenariodenken en hyperpersonalisatie.

De financiële markten zijn sterk internationaal verweven en afhankelijk van een beperkt aantal, veelal niet-Europese, dominante partijen, bijvoorbeeld voor IT-dienstverlening. Ook raakt het traditionele financiële stelsel steeds meer verweven met crypto en private markten. In combinatie met geopolitieke spanningen en onzeker handelsbeleid maakt dit kwetsbaar en gevoelig voor schokken. Hoewel de markten tot nu toe de schokken steeds goed absorbeerden, is de duurzaamheid van deze veerkracht niet vanzelfsprekend.

Laura van Geest, bestuursvoorzitter van de AFM: ‘De positieve stemming op de financiële markten is verraderlijk, want gestoeld op slechts een fragiel evenwicht. Daarom moeten we waakzaam en weerbaar zijn, en denken in scenario's omarmen – niet om te voorspellen, maar om voorbereid te zijn.’

Risico’s verspreiden zich snel over grenzen, bijvoorbeeld via digitale platforms of internationale kapitaalstromen. Dit vraagt om gezamenlijk Europees optreden. Om stabiliteit en innovatie te waarborgen, moeten de Europese kapitaalmarkten worden verdiept en verbreed. Daarvoor is het essentieel dat de Savings & Investment Union daadwerkelijk van de grond komt.

Door de groei van databronnen en AI-toepassingen wordt dienstverlening steeds persoonlijker. Apps en websites kunnen worden afgestemd op individuele consumenten; in de meest geavanceerde vorm heet dit hyperpersonalisatie. Dit is in sectoren als e-commerce en entertainment al gangbaar, maar staat in de financiële sector nog in de kinderschoenen.

Financiële ondernemingen willen meer inzetten op personalisatie, maar zijn terughoudend door praktische barrières en juridische onzekerheden. De AFM wil samen met de sector verkennen hoe de mogelijkheden van personalisatie kunnen worden benut in het belang van de klant.

woensdag 19 november 2025

Ton van Nimwegen vertrekt bij ABN AMRO en zet carrière voort in landelijke bestuur VVD

ABN AMRO kondigt aan dat Ton van Nimwegen, Chief Operations Officer (COO) en lid van de Executive Board, per 1 januari 2026 zijn functie neerlegt. Ton is voorgedragen als voorzitter van het landelijke bestuur van de VVD, een positie die niet verenigbaar is met zijn huidige rol binnen de bank. Zijn verantwoordelijkheden worden overgenomen door andere leden van de Executive Board.

Ton trad op 1 december 2023 toe tot de Executive Board en kreeg als COO de opdracht om de uitvoering van de strategie te versterken en leiding te geven aan de administratieve en operationele processen van de bank.

CEO Marguerite Bérard: ‘Ik wil Ton enorm bedanken voor zijn toewijding en impact als bestuurder bij ABN AMRO. Hij heeft een sterke teamgeest gecreëerd en hoge betrokkenheid gestimuleerd. Ik wens hem veel succes met zijn volgende hoofdstuk in dienst van het publieke belang.’

Naar aanleiding van het aangekondigde vertrek van Ton van Nimwegen heeft de Executive Board zorgvuldig gekeken naar de mogelijkheden om de bank verder te vereenvoudigen, in lijn met de strategische koers. Daarom is besloten om de functie van Chief Operations Officer niet opnieuw in te vullen en de huidige COO-afdelingen onder te brengen bij bestaande portefeuilles van de Executive Board.

dinsdag 18 november 2025

Top 3 goedkoopste zorgverzekeringen en overstaptips

Vorige week maakten zorgverzekeraars hun premies voor 2026 bekend. Prijsvergelijker Pricewise vergeleek de basispremies met een standaard eigen risico. Verzekeringsexpert Stefan de Gooijer van Pricewise maakte een analyse en geeft zes praktische tips voor iedereen die een overstap overweegt. 

De goedkoopste basisverzekering is te vinden bij VinkVink. Hier betaal je 142,40 euro aan premie per maand. Voor de duurste basisverzekering, bij ASR, is de maandelijkse premie 185 euro. Dat is een verschil van 511 euro op jaarbasis. 
 
Zorgverzekeraar (polis) 
Basispremie 2026 
1 VinkVink Basis  €142,40 
2 Nationale Nederlanden Zorg Voordelig €142,45 
3 UnitedConsumers of Univé of VGZ Bewuzt  €147,40 

Stefan de Gooijer (verzekeringsexpert bij Pricewise) geeft na een analyse van de nieuwe premies deze tips: 

Overweeg een individuele polis in plaats van een gezins- of collectieve polis: dit pakt vaak gunstiger uit bij de standaard basisverzekering met het normale eigen risico. Zo sluit je een verzekering af die past bij je individuele zorgbehoeften.  

Houd rekening met late zorgcontracten: afspraken met ziekenhuizen worden vaak later bekendgemaakt, maar wijken meestal weinig af van eerdere jaren. 

Verhoog je eigen risico alleen als je dat kunt dragen: de premieverlaging is beperkt terwijl de financiële impact van 500 euro vrijwillig eigen risico groot kan zijn.

Wees kritisch op aanvullende verzekeringen: betaal niet voor zorg die je niet gebruikt: soms is zelf geld opzijzetten voordeliger dan een uitgebreidere dekking.
Let op bereikbaarheid van de verzekeraar: sommige zorgverzekeraars zijn alleen online bereikbaar, anderen bieden ook persoonlijke service.

Zeg je verzekering uiterlijk 31 december op: ook als je nog geen keuze hebt gemaakt voor een nieuwe verzekering, maar wel graag wilt overstappen, is het slim om voor 31 december wel je huidige verzekering op te zeggen. Stap je over vóór 1 januari? Dan wordt je verzekering automatisch opgezegd door je nieuwe verzekeraar.  

Het eigen risico blijft in 2026 onveranderd op 385 euro. Voor zorg uit de basisverzekering geldt dat verzekerden de eerste 385 euro zelf betalen; daarna vergoedt de verzekeraar de kosten, mits de zorgaanbieder gecontracteerd is en het inkoopbudget niet is overschreden.

DNB gaat 10% besparen op begroting komende jaren

De Nederlandsche Bank (DNB) wil een organisatie zijn die wendbaar, slagvaardig en efficiënt haar taken uitvoert. Dat is nodig in een wereld vol geopolitieke spanningen en onzekerheid, die gepaard gaat met risico’s voor de financiële stabiliteit. Als onderdeel hiervan wil DNB 10% besparen op de begroting de komende jaren om zo het kostenniveau in 2030 te houden op het huidige niveau.

Om dat te behalen moet de komende jaren voor ongeveer 60 miljoen euro worden bespaard. Dat zal onder meer gepaard gaan met het verlies van arbeidsplaatsen.

DNB-president Olaf Sleijpen heeft dat voornemen maandag bekendgemaakt op een interne DNB-bijeenkomst. Met het veranderprogramma ‘DNB 2030’ wil DNB klaar zijn voor de toekomst. DNB wil de kosten bedwingen en daarnaast meer focus op de kerntaken en het toezicht resultaatgerichter maken. DNB is voornemens om een interne reorganisatie door te voeren.

De plannen zijn een uitwerking van de vorig najaar vastgestelde DNB-strategie 2025-2028, waarin kostenbewustzijn een belangrijk onderdeel is. De DNB-begroting is sinds 2020 fors gestegen, naar 576 miljoen euro, onder andere als gevolg van nieuwe wettelijke taken en een periode van hoge loon- en prijsinflatie.

DNB-president Olaf Sleijpen: “We zijn ervan overtuigd dat ons veranderprogramma bijdraagt aan een centrale bank en toezichthouder die ook in snel veranderende tijden haar kerntaken kan vervullen: het waarborgen van stabiele prijzen, toezicht op een gezonde en integere financiële sector, bevorderen van een effectief, veilig en efficiënt betalingsverkeer en financiële stabiliteit in Nederland. We realiseren ons dat het veranderprogramma grote impact gaat hebben op onze mensen. We gaan het hele traject zorgvuldig uitvoeren, met oog voor de medewerkers en voor de kwaliteit van ons werk.”

DNB heeft een Sociaal Plan. De ondernemingsraad, de vakbonden en het UWV zijn geïnformeerd over het veranderprogramma DNB 2030 en over de voorgenomen reorganisatie.

Vooruitzichten voor financiële stabiliteit blijven zorgelijk

Geopolitieke spanningen en mondiale onzekerheid over economisch beleid vergroten de kans op economische en financiële schokken en vormen daarmee een risico voor de financiële stabiliteit in Nederland. Dat blijkt uit het n Overzicht Financiële Stabiliteit van De Nederlandsche Bank.

DNB-president Olaf Sleijpen: ”We hebben sinds lang niet zoveel onzekerheid gezien in de wereld als nu, op allerlei vlakken. De kans op economische en financiële schokken is nog steeds hoog. Het is niet de vraag óf, maar wanneer en waar die schokken zich voor gaan doen. Daar moeten we op voorbereid zijn, ook bij DNB. Dan gaat het om (financiële en digitale) weerbaarheid in de financiële sector, bij overheden en breder in onze maatschappij. En daarvoor is ook samenwerking met onze Europese partners van cruciaal belang.’’

De economische onzekerheid hangt vooral samen met de fragmentatie van de internationale handel. Het vertrouwen van consumenten en bedrijven staat onder druk, mede door de steeds weer oplaaiende discussies over handelstarieven en -restricties. Verder zien we meer en complexere digitale en hybride dreigingen, ook richting financiële instellingen.

Tegelijk zijn aandelenmarkten – vooral in de VS – de afgelopen maanden naar historisch hoge niveaus gestegen. De hoge waarderingen en aanhoudende economische onzekerheid maken financiële markten kwetsbaar voor correcties. Ook is voor veel landen de (her)financiering van overheidsschulden steeds duurder, waarbij vooral de onzekerheid over de houdbaarheid van de Franse staatsschuld is toegenomen. Bovendien staan institutionele kaders, waaronder de onafhankelijkheid van de Amerikaanse centrale bank, onder druk. Zorgen hierover kunnen onder meer via de markt voor Amerikaanse staatsobligaties direct effect hebben op het Nederlandse financiële systeem.

Duidelijk positief is dat Nederlandse banken stevige kapitaalbuffers hebben en voldoende liquide middelen. Ook verzekeraars en pensioenfondsen staan er goed voor. De risico’s zitten vooral in de hoek van de verwevenheid tussen banken en niet-bancaire geldverstrekkers. Deze verwevenheden worden onder meer versterkt door de opkomst van private leningen. Onderliggende blootstellingen zijn daar vaak minder zichtbaar. Dit vraagt om een grondig risicomanagement, met voldoende aandacht voor mogelijke hefboomfinanciering en onderlinge afhankelijkheden in portefeuilles.

De markt voor stablecoins groeit snel – vooral in de VS – en bedraagt inmiddels meer dan 300 miljard dollar. Stablecoins zijn een vorm van crypto’s die gekoppeld zijn aan een munt, vrijwel altijd de Amerikaanse dollar. Ze worden onder meer gedekt door (Amerikaanse) staatsobligaties en banktegoeden, en vooral gebruikt voor de aanschaf van crypto-activa. Als veel beleggers tegelijkertijd hun stablecoins willen verkopen, kan dit leiden tot gedwongen verkopen van onderliggende activa en abrupte schommelingen op financiële markten. Maar stablecoins gaan niet alleen gepaard met risico’s, de onderliggende technologieën bieden ook kansen voor een efficiënter (grensoverschrijdend) betalingsverkeer, mits landen de regels voor stablecoins op eenzelfde manier invoeren.

Nederland is zeker in een onrustige buitenwereld gebaat bij Europese samenwerking en een economie die concurrerend is. Nederland staat er economisch gezien goed voor en bedrijven kunnen concurreren op prijs, kwaliteit en innovatie. Dat is vooral te danken aan het hoge opleidingsniveau, de open economie en sterke instituties. Maar die positie staat wel onder druk door lage productiviteitsgroei, hogere exportprijzen en onzekerheid over het economisch beleid.

Structurele hervormingen zijn nodig om de productiviteitsgroei te verhogen, net als investeringen in kapitaalgoederen, kennis en vaardigheden. De overheid kan procedures versnellen en het innovatievermogen van bedrijven financieel ondersteunen, mits deze steun gericht is en past binnen een evenwichtig begrotingsbeleid.

Van Lanschot Kempen introduceert vernieuwd onboardingproces voor cryptovermogen

Van Lanschot Kempen verbetert het klantacceptatie- en risicobeoordelingsproces verder voor klanten die hun vermogen hebben verkregen via crypto-investeringen door het aangaan van een samenwerkingsverband met Chainalysis, een blockchain-intelligence-platform, en Cense, een crypto-compliance-platform. Door deze aanpak wordt het omzetten van cryptovermogen naar traditionele beleggingsmogelijkheden voor deze klantgroep toegankelijker.

Wendy Winkelhuijzen, lid Raad van Bestuur Van Lanschot Kempen, verantwoordelijk voor Private Banking Nederland: ‘Een groeiend aantal mensen bezit cryptoactiva als onderdeel van hun beleggingsportefeuille. Het omzetten van cryptovermogen naar vermogensbeheer of beleggingsadvies is vaak tijdrovend, omdat het acceptatieproces complex is. Door de blockchaindata van Chainalysis te combineren met de rapportages van Cense, kunnen we snel inzicht krijgen in alle cryptotransacties die een klant heeft gedaan. Dit levert een objectieve en consistente beoordeling op, inclusief mogelijke risico’s waarop aanvullend klantonderzoek nodig is. Als zich geen bijzonderheden voordoen, wordt de doorlooptijd hiermee aanzienlijk verkort. Zo zorgen we voor veiligheid en naleving van wet- en regelgeving en bieden we onze klanten meer gemak en een warm welkom.’

Uit een onderzoek blijkt dat 37 procent van de Nederlanders cryptoactiva bezit en de verwachting is dat dit aantal de komende jaren zal groeien. Hiermee behoort Nederland in Europa tot de voorlopers op het gebied van cryptoadoptie[2]. Voor sommige beleggers die volledig in cryptoactiva zijn belegd, blijkt het lastig om bij een reguliere bank te beleggen door strenge onboardingprocessen. Van Lanschot Kempen maakt het voor deze groep eenvoudiger om toegang te krijgen tot traditionele beleggingsmogelijkheden.

Chainalysis introduceerde in 2015 haar eerste onderzoeksinstrument voor cryptoactiva. Inmiddels maken wereldwijd crypto-exchanges, toezichthouders en financiële instellingen gebruik van haar diensten. Het onboardingproces via het Cense-platform beoordeelt geanonimiseerd alle cryptotransacties van een (toekomstige) klant met geïntegreerde data afkomstig van Chainalysis. Dit proces vereenvoudigt en automatiseert het customer-due-dilligenceproces bij onboarding van cryptovermogen, met naleving van regelgeving voor anti-money laundering (AML) en countering the financing of terrorism (CFT).

maandag 17 november 2025

ING lanceert Rond af & Beleg: automatisch beleggen met wisselgeld via de App

ING introduceert vandaag Rond af & Beleg, een van de nieuwe functies in de ING App waarmee klanten automatisch kunnen beleggen met hun wisselgeld. Deze laagdrempelige manier van beleggen is onderdeel van de eerste ING AppDate, een nieuw moment waarop ING meerdere digitale innovaties tegelijk lanceert. Hiermee zet ING een volgende stap in het versterken van haar digitale positie als bank. Deze klantgerichte functies maken mobiel bankieren nog persoonlijker en eenvoudiger via de ING App en helpen bij slim en toekomstgericht omgaan met geld.

Met Rond af & Beleg wordt elke pinbetaling automatisch afgerond naar boven. Het verschil van enkele centen tot euro’s, wordt opgespaard en zodra het bedrag van 10 is bereikt, automatisch belegd via een Eenvoudig Beleggen-rekening. Zo wordt beleggen eenvoudigeg en onderdeel van het dagelijks leven. Klanten kunnen de functie direct activeren in de ING App.
 
Naast Rond af & Beleg introduceert ING vandaag vijf andere functies die klanten helpen meer grip te krijgen op hun geldzaken:
 
1) X-Ray Beleggingsportefeuille - Direct inzicht in je beleggingen
ING geeft beleggende klanten nog beter inzicht in hun beleggingen met een nieuwe tool in de ING App, X-Ray. Met X-Ray zien beleggende klanten in één oogopslag hoe hun beleggingen zijn verdeeld, uiteraard grafisch aantrekkelijk vormgegeven. Inzoomen kan op verschillende belegging categorieën, landen, bedrijven, fondsen en sectoren.
 
2) Pensioen Tool - Bereken je pensioentekort en ontdek oplossingen
Helpt werkende Nederlanders om inzicht te krijgen in hun pensioensituatie. Vooral zzp’ers en mkb-ondernemers lopen vaak achter in pensioenopbouw. ING wil ondernemers stimuleren om actie te ondernemen, bijvoorbeeld door hun pensioen aan te vullen via beleggen met belastingvoordeel. De Pensioen Tool geeft direct inzicht en laat zien wat Pensioenbeleggen kan bijdragen aan een aanvullend pensioen.
 
3) Maandelijks budgetoverzicht - Zie wat je uitgeeft en wat je overhoudt
Biedt een helder overzicht van vaste lasten, terugkerende kosten en het beschikbare budget, zodat klanten precies weten wat ze uitgeven en wat ze overhouden.
 
4) AI in Search - Snel antwoord op vragen, zonder zoeken
Dankzij kunstmatige intelligentie krijgen klanten direct antwoord op hun vragen in de zoekbalk van de ING App, zonder door zoekresultaten te hoeven klikken. Dit gaat alleen om content.
 
5) QR-code login - Veilig en snel inloggen zonder wachtwoord
Op verzoek van klanten heeft ING een snellere en eenvoudigere manier om in te loggen op Mijn ING geïntroduceerd: Inloggen met QR-code. Door een QR-code te scannen met de ING App en deze te bevestigen, krijgen klanten direct toegang tot hun online omgeving, zonder gebruikersnaam of wachtwoord. Dankzij het gebruik van een dynamische QR-code is deze tijdelijk geldig en is fysieke aanwezigheid van de ING App vereist. Dit maakt inloggen niet alleen eenvoudig, maar ook extra veilig.
 
AppDate: één moment voor meerdere innovaties
Vandaag is de eerste AppDate, ING’s nieuwe manier om meerdere digitale innovaties gelijktijdig op één herkenbaar moment te introduceren. AppDate maakt het voor klanten eenvoudiger om nieuwe mogelijkheden te ontdekken en optimaal gebruik te maken van de ING App.
 
ING zal voortaan periodiek nieuwe functies bundelen en via AppDate onder de aandacht brengen. Klanten kunnen vanaf vandaag aan de slag met de nieuwste innovaties in de ING App. Klanten waarderen de ING App momenteel gemiddeld met een 4.6 in de appstores van Google en Apple. Meer lezen over AppDate? Klik dan hier.

'Investeerders duiken op Nederlandse MKB-leningen'

De overvloed aan kapitaal in de Nederlandse economie zorgt voor een ware investeringsgolf. Ook NLInvesteert, het grootste financieringsplatform voor het Nederlandse MKB, signaleert een sterke toestroom van investeerders. “De berg aan spaargeld in Nederland van ongeveer 500 miljard zoekt rendement”, constateert directeur Dirkjan Takke. “Via ons platform halen we soms binnen enkele minuten miljoenen euro’s op. Dat is ongekend.” 

De geldverruiming van centrale banken tijdens en na de covid-pandemie heeft zoveel liquiditeit in economieën gebracht, dat het geld tegen de plinten klotst en spaarrekeningen uitpuilen. Bij de huidige lage rentes zoekt dat kapitaal een weg naar aantrekkelijke investeringen. Takke ziet niet alleen meer aanloop van Nederlandse investeerders, maar signaleert ook toenemende interesse vanuit het buitenland voor de Nederlandse MKB-markt. “Dat zag je eerst op de hypotheekmarkt en vervolgens in leningen voor verhuurd vastgoed, maar inmiddels dus ook in leningen aan het MKB.”

De toestroom is zo groot dat investeerders meer geld aanbieden dan het platform aan projecten kan plaatsen. “Zeker bij de huidige lage rente bieden leningen aan het MKB een aantrekkelijk rendement”, stelt Takke. “Wat we echter niet gaan doen, is méér projecten aanbieden alleen om aan de vraag te kunnen voldoen. Dat zou haaks staat op ons risicobeleid. Onze investeringen moeten aan strenge criteria voldoen en een verantwoord risicorendementsprofiel hebben. Dat bewaken we zorgvuldig.”

Wat risicobeheersing betreft, heeft NLInvesteert een nieuw instrument in handen gekregen. Recentelijk is het als eerste financieringsplatform geaccrediteerd om ook leningen met staatsgarantie aan te mogen bieden via de regeling Borgstelling MKB-kredieten (BMKB). “Met deze garantieregeling van de Nederlandse staat kunnen we het risico op leningen extra verlagen”, aldus Takke.

Takke: “We zijn heel blij met deze erkenning en toekenning. Het is geweldig dat NLInvesteert leningen met deze garantiestelling aan investeerders en ondernemers kan aanbieden. De regeling helpt MKB-ondernemers aan betaalbare financiering en investeerders worden extra beschermd omdat de garantie het risico van de lening verlaagt.” 

De BMKB-borgstelling bestaat al jaren en moet de kredietverstrekking aan ondernemers stimuleren. De overheid staat daarbij garant voor een deel van een bedrijfslening. De regeling was echter voorbestemd aan banken en soortgelijke kredietinstellingen. Toen eerder dit jaar duidelijk werd dat hogere handelstarieven voor het Nederlandse MKB een grote uitdaging vormen, deed Takke een oproep om de regeling te verbreden. 

Bij NLInvesteert leidt de overvloed aan geld tot extra voorzichtigheid. “Ondernemers kunnen nog steeds tegen gunstige voorwaarden bij ons terecht,” zegt Takke. “Maar we kijken scherper dan ooit naar risico’s. Zo hebben we met nieuwe technologie de analyse van realtime banktransacties toegevoegd aan onze kredietrisicobeoordeling. Dat levert naast onze al bestaande beoordeling waardevolle extra informatie op.”

ING introduceert meetmethode voor financiële gezondheid

Wat als je kon meten of een financieel product écht bijdraagt aan de financiële gezondheid van klanten? ING introduceert vandaag de Financiële Gezondheid Indicator (FGI): een innovatieve meetmethode die laat zien welke producten en diensten klanten kunnen helpen om financieel gezonder te worden en welke juist risico's met zich meebrengen. De FGI stelt ING in staat om haar productaanbod te verbeteren en klanten beter te ondersteunen. De aanpak is onderdeel van de strategie van ING om bij te dragen aan financiële gezondheid van haar klanten en aan maatschappelijke vooruitgang. 

Financiële gezondheid gaat over je geldzaken op orde hebben en houden, nu en met het oog op de toekomst. De FGI onderzoekt dit op basis van geaggregeerde en geanonimiseerde klantdata aan de hand van vijf onderdelen:
Geen geldzorgen: lukt het om rekeningen op tijd te betalen?
Gezond budget: zijn de uitgaven structureel lager dan de inkomsten?
Financiële buffer: is er voldoende ruimte om onverwachte uitgaven of inkomensverlies op te vangen?
Draagbare schuldenlast: wordt er verantwoord omgegaan met leningen?
Vooruitplannen: wordt er geld opzij gezet voor toekomstige plannen?

Elk onderdeel krijgt een score van 0,1 of 2 punten. De totaalscore (0-10) plaatst klantgroepen in vier categorieën: van ‘onder druk’ tot 'gezond'. Door deze klantgroepen vervolgens te koppelen aan het gebruik van ING-producten, ontstaat een beeld van het gebruik en het effect van ING-producten en diensten op de financiële fitheid van klanten.

De FGI laat zien dat:
Automatisch sparen en doelgericht sparen aantoonbaar bijdragen aan financiële fitheid, vooral bij klantgroepen die hier het meeste baat bij hebben. Het gecombineerde gebruik van beide diensten versterkt dit effect.
'Rond af & Spaar', waarbij betalingen worden afgerond en het verschil automatisch wordt gespaard, in de huidige vorm nog geen positief effect blijkt te hebben.
Roodstand en persoonlijke leningen financiële fitheid onder druk kunnen zetten, afhankelijk van het gebruik.
Beleggen draagt bij aan financiële gezondheid, al wordt dit minder gebruikt door mensen met een beperkt budget. 

Peter Jacobs, CEO ING Nederland en afzwaaiend voorzitter van de Nationale Coalitie Financiële Gezondheid: “Met deze meetmethode kunnen we echt impact maken voor onze klanten. Maar financiële gezondheid van onze samenleving verbeteren lukt niet alleen. Daarom delen we de FGI binnen de Nationale Coalitie Financiële Gezondheid én internationaal. Het laat zien hoe banken strategisch en meetbaar kunnen bijdragen aan financiële gezondheid door producten en diensten te ontwikkelen die goed zijn voor klanten, de bank en de maatschappij. Zo maken we financiële gezondheid onderdeel van het DNA van bankieren.”

vrijdag 14 november 2025

Zorgpremie stijgt licht, maar nog altijd honderden euro’s verschil

De basisverzekering kost volgend jaar gemiddeld 159,63 euro, blijkt uit berekeningen van Independer. Dat is één euro per maand duurder dan in 2025. Toch is het verschil tussen de goedkoopste en duurste verzekering nog altijd 511 euro per jaar. In 2026 betaal je bij VinkVink de laagste basispremie en bij a.s.r de hoogste.
 
Verzekeraars hadden tot 12 november om hun definitieve basispremie bekend te maken. De vier grootste verzekeraars (CZ, Achmea, Menzis en VGZ) zitten met hun goedkoopste basispakket allemaal rond de 150 euro per maand. Daarmee zitten ze onder de richtlijn die de overheid op Prinsjesdag heeft bekendgemaakt.
 
“Zorgverzekeraars kunnen jaarlijks reserves inzetten om de premiestijging te dempen“, zegt Bas Knopperts, expert zorgverzekeringen bij Independer. “Wie de afgelopen jaren meer reserves heeft opgebouwd, kan nu een lagere premie aanbieden. Daarnaast spelen de bedrijfskosten en de prijsafspraken die een verzekeraar met zorgverleners maakt natuurlijk een rol.”
 
Uit berekeningen van Independer blijkt dat de premies in 2026 gemiddeld één euro per maand duurder worden. Wel zijn er nog steeds flinke prijsverschillen tussen de polissen. Zo is het verschil tussen de duurste en goedkoopste basisverzekering 511 euro.
 
Top 3 duurste basisverzekeringen 2025:
 
a.s.r Eigen Keuze 185 euro
Ik kies zelf van a.s.r. Vrije Keuze 185 euro
CZ Zorgvariatiepolis 177,50 euro
 
In 2025 had VinkVink ook de goedkoopste basisverzekering met 141,40 euro per maand. Verzekerden betalen daar komend jaar een maandbedrag van 142,40 euro.
 
Top 3 goedkoopste basisverzekeringen 2026:
 
VinkVink 142,40 euro
Nationale Nederlanden 142,45 euro
VGZbewuzt 147,40 euro
 
“Kijk ook altijd goed welke zorgbehoefte je hebt. Is een aanvullende verzekering wel of niet nodig? Het kan namelijk zijn dat bij die duurdere basisverzekering de aanvullende pakketten juist goedkoper zijn. In het totaalplaatje ben je dan juist voordeliger uit. Staar je dus niet blind op alleen de basispremie, maar kijk naar het totale pakket van je zorgverzekering”, zegt Knopperts van Independer.
 
Uit onderzoek van Independer, uitgevoerd door Q&A, blijkt dat 40 procent van de Nederlanders denkt dat zorgverzekeraars zelf de inhoud van de basisverzekering bepalen. Maar dat is niet zo, zegt Bas Knopperts van Independer: “Verzekeraars bepalen zelf de hoogte van de premie, maar de inhoud van het basispakket is bij elke verzekeraar hetzelfde. De overheid bepaalt namelijk welke zorg onder de basisverzekering valt. Daarom is het verstandig om te vergelijken welke zorgverzekering het beste bij jou past voor de laagste kosten. Dit is anders bij de aanvullende pakketten, die mogen de maatschappijen wel zelf samenstellen. En daar kunnen dan ook grote verschillen inzetten. Maak dus altijd een goede vergelijking voordat je een verzekering kiest.”
 
Zorgverzekeraars hebben nog tot en met 19 november de tijd om de premies van aanvullende pakketten bekend te maken. Je ontvangt uiterlijk 19 november een verlengingsvoorstel van je huidige verzekeraar.

Nationale-Nederlanden maakt premies zorgverzekering 2026 bekend

Nationale-Nederlanden heeft de premie van de Zorg Vrij combinatiepolis voor 2026 vastgesteld op € 160,95 per maand (- € 0,40). De maandpremie van de Zorg Voordelig naturapolis daalt € 10,05 en wordt € 142,45 per maand. De zorgpremies gaan omlaag, omdat er meer geld binnenkomt via het Zorgverzekeringsfonds dan verwacht. Zorgverzekeraars hebben het extra geld gebruikt om te voorkomen dat de premie zou stijgen. Daarnaast zijn er reserves ingezet om de premie nog verder te verlagen. Daarmee biedt Nationale-Nederlanden ook in 2026 weer twee kwalitatieve én goed geprijsde basisverzekeringen. Aangevuld met een breed scala aan aanvullende pakketten, voor extra zekerheid.   
 
Rens Engelen, Head of Partnerships Schade & Zorg: “We vinden het belangrijk om kwalitatief sterke basisverzekeringen én aanvullende verzekeringen neer te zetten, tegen een goede prijs. Zo biedt onze Zorg Vrij combinatiepolis veel zekerheid in vergelijking met andere combinatiepolissen in de markt. Ook als je naar een niet-gecontracteerde zorgverlener gaat, zit je met de Zorg Vrij goed, met 100% vergoeding. Alleen voor fysiotherapie, wijkverpleging en ggz is de vergoeding bij een niet-gecontracteerde zorgverlener lager, maar nog steeds 75%. Daarnaast besteden we veel aandacht aan onze aanvullende verzekeringen. Bijna 81% van onze klanten heeft een aanvullend pakket. Zo zorgen we voor voldoende keuze, bijvoorbeeld voor fysiotherapie hebben we pakketten van 4 tot 24 behandelingen.”
 
Ook zijn klanten van Nationale-Nederlanden net wat flexibeler met de Meegroeiservice. Engelen: ‘‘Als supporter van verandering willen we klanten graag ondersteunen bij belangrijke momenten in het leven. Daarom bieden we bij een aanvullende verzekering standaard de Meegroeiservice. Daarmee kunnen klanten bij grote levensveranderingen één keer per jaar tussentijds hun aanvullende verzekering aanpassen. Bijvoorbeeld bij gezinsuitbreiding, voor een pakket met meer kraamzorg. Tot 1 januari wachten met een wijziging is dan niet nodig.’’ 
 
Daarnaast biedt Nationale-Nederlanden sinds dit jaar extra support bij een verandering die elke vrouw doormaakt: de overgang. 1,8 miljoen vrouwen in Nederland hebben hiermee te maken. En maar 5% van deze vrouwen krijgt hulp voor haar klachten. Engelen: ‘‘De overgang heeft een grote invloed op de gezondheid en het mentaal welzijn van vrouwen. Ook op de lange termijn. Daarom bieden we de Vi Health app bij de aanvullende pakketten Start, Extra, Compleet en Jij & Vitaal. Naast de reguliere zorg uit het basispakket, zoals een huisartsconsult, krijgen vrouwen dan extra ondersteuning. Van een overgangscheck en symptoomtracking tot persoonlijk advies van een overgangsconsulent. Ook in deze belangrijke periode in het leven van vrouwen beweegt de zorgverzekering van Nationale-Nederlanden met je mee.’’   

Hoe kan beleggersbescherming beter aansluiten op hoe particuliere beleggers zich écht gedragen?

“Particuliere beleggers maken niet altijd rationele, weloverwogen beslissingen. Onder meer overmoed, emoties, of de manier waarop informatie wordt gepresenteerd, in bijvoorbeeld populaire beleggingsapps, kunnen hun beslissingen sterk beïnvloeden. Als de wet daar geen rekening mee houdt, schaadt dat niet alleen individuele beleggers, maar ook het vertrouwen in de financiële markt,” zegt Dominic van Kleef, promovendus aan Erasmus School of Law en Junior Legal Counsel bij de Autoriteit Financiële Markten. “Mijn onderzoek helpt beleid en regelgeving beter af te stemmen op werkelijk menselijk gedrag, zodat beleggersbescherming effectiever en eerlijker wordt.”

Die ambitie vormt de kern van zijn promotieonderzoek, waarin hij onderzoekt hoe wetgevers, beleidsmakers en rechters gedragswetenschappelijke inzichten kunnen toepassen in financiële regelgeving. “In het recht wordt nog te weinig rekening gehouden met de psychologische valkuilen waar beleggers in kunnen stappen,” vertelt Van Kleef. Ik onderzoek hoe wetgevers, beleidsmakers en rechters die gedragsinzichten kunnen meenemen bij het maken en toepassen van financiële regels.”

De vraagstukken waar Van Kleef zich op richt, staan ook op de Europese agenda. Binnen de Europese Unie groeit de aandacht voor het toepassen van gedragsinzichten in regelgeving, denk hierbij aan de Retail Investment Strategy van de Europese Commissie en de nieuwe Europese DMFSD-richtlijn, die zogenoemde dark patterns, manipulerende ontwerpkeuzes, verbiedt.  

Ook in Nederland groeit de aandacht voor de balans tussen bescherming en autonomie van beleggers. Beleidsmakers onderzoeken hoe zij burgers kunnen helpen weloverwogen financiële keuzes te maken, terwijl de media signalerenOpent extern hoe beleggingsapps jonge beleggers juist kunnen verleiden tot risicovol gedrag. 

Van Kleefs onderzoek brengt uiteenlopende invalshoeken samen, van autonomie tot verantwoordelijkheid, in één bruikbaar kader voor de praktijk - dat alles in het licht van gedragsinzichten. Dat kader fungeert als een spoorboekje voor iedereen die zich bezighoudt met beleggersbescherming: het laat zien hoe inzichten uit de gedragseconomie kunnen worden vertaald naar beleid, regelgeving en rechtspraak. Zo helpt het wetgevers, beleidsmakers en rechters om regels beter aan te laten sluiten op hoe beleggers zich werkelijk gedragen. 

Van Kleef trekt zijn bevindingen ook door naar de praktijk. Hij pleit ervoor dat beleggingsondernemingen structureel rekening houden met gedragsinzichten op een manier die past bij hun rol. Een adviseur doet dat anders dan een partij die enkel orders uitvoert. Een concreet voorbeeld van zijn aanbevelingen voor de praktijk is zijn voorstel voor een nieuwe beleggingsdienst: keuzebegeleiding. Daarbij helpen ondernemingen beleggers bewuster te kiezen, zonder dat het persoonlijk advies wordt. Zo ontstaat ruimte voor begeleiding die wél ondersteunt, maar niet stuurt. 

“Het was interessant om te zien hoe inzichten uit uiteenlopende vakgebieden zoals recht, economie, en gedragseconomie elkaar beïnvloeden en op elkaar kunnen inwerken,” vertelt Van Kleef. “Ook in mijn werk bij de AFM merk ik hoe waardevol die interdisciplinaire blik is voor het financieel recht.” 

Vooruitkijkend ziet Van Kleef vooral kansen én uitdagingen in de opkomst van nieuwe technologieën. Nieuwe technologieën, van gepersonaliseerde interfaces tot AI-advies, beloven maatwerk voor iedere belegger, maar vervagen tegelijk de grens tussen helpen en sturen. Dáár ligt volgens Van Kleef de volgende uitdaging: hoe blijft beleggersbescherming voldoende toegesneden op de steeds veranderende en digitaliserende financiële sector, en welke invloed hebben die veranderingen op (het inspelen op) beleggersgedrag? 

donderdag 13 november 2025

OHRA maakt zorgpremie 2026 bekend

In 2026 betaal je bij OHRA Zorg voor de basisverzekering 159,55 euro per maand (- € 0,40). Deze daling komt grotendeels doordat het Zorgverzekeringsfonds meer geld heeft opgehaald dan verwacht. Dit geld vloeit terug naar verzekerden. Daarnaast zijn er reserves ingezet, waardoor de premie verder daalt. Zo blijft OHRA onder de gemiddelde premiestijging die het kabinet voorspelde. 
 
Bij OHRA staan zekerheid en vrijheid voorop, bijvoorbeeld met de Fysio Meeneemservice. Maaike van Beijsterveldt, CEO OHRA, legt uit: “Met deze service kunnen klanten met een aanvullende verzekering tot 9 ongebruikte fysiobehandelingen meenemen naar het nieuwe jaar. Zo kunnen klanten op een later moment fysiobehandelingen gebruiken die zij eerder niet nodig hadden. De populariteit hiervan groeit gestaag; het aantal klanten dat fysiotherapie mee wil nemen naar het volgende jaar stijgt jaarlijks met zo'n 20 procent.” 
 
In 2026 biedt OHRA wederom een zorgverzekering (combinatiepolis) waarbij klanten in de meeste gevallen zelf kunnen kiezen waar en door wie zij zich laten behandelen. Oók als er geen contract is afgesloten met een zorgverlener krijgen klanten de rekening vergoed. Er gelden twee uitzonderingen, namelijk voor geestelijke gezondheidszorg (ggz) en wijkverpleging (thuiszorg). Als een klant voor die zorg naar een zorgverlener gaat zonder contract, dan krijgt de klant 75 procent van de rekening vergoed – maar nooit meer dan het maximumtarief. 

Achmea reserveert € 99 miljoen om stijging zorgpremie 2026 te beperken

Achmea zet 99 miljoen euro in om de stijging van de basiszorgpremie voor 2026 te beperken. Deze maatregel draagt bij aan de betaalbaarheid van de zorgpremie voor klanten van Zilveren Kruis, De Friesland, Interpolis, FBTO en De christelijke zorgverzekeraar. 

Deze merken maakten gisteren hun premies voor 2026 bekend. Het genoemde bedrag wordt ten laste van het boekjaar 2025 verantwoord, conform de IFRS 17 verslaggevingsregels.

De zorgpremie stijgt in 2026 door toenemende zorgkosten, onder andere doordat mensen steeds vaker en langer gebruikmaken van zorg.

Vanuit haar coöperatieve identiteit streeft Achmea naar een verantwoorde balans tussen een passende zorgpremie voor klanten en een gezonde financiële positie van het bedrijf. 

ABN: Criminelen richten zich op de mens achter de digitale kluis

Waar criminelen zich in het verleden voornamelijk richtten op het kraken van fysieke bankkluizen, proberen zij tegenwoordig toegang te krijgen tot de digitale kluizen van bankklanten. Door de sterke beveiligingssystemen van banken verschuift de focus van fraudeurs naar het beïnvloeden van menselijk gedrag. ABN AMRO benadrukt het belang van bewustwording en ondersteunt klanten bij het beschermen van hun rekeningen tegen deze risico’s.

In de recent gepubliceerde whitepaper wordt toegelicht hoe criminelen met technieken zoals social engineering inspelen op emoties zoals angst, vertrouwen en urgentie. Volgens fraude-expert Marco Hendriks draait moderne fraude niet langer om het kraken van systemen, maar om het manipuleren van gedrag. “Een simpele handeling, zoals het klikken op een link of het delen van een verificatiecode, kan al grote gevolgen hebben,” stelt Hendriks.

Fraudeurs blijven hun methoden verfijnen en maken gebruik van persoonlijke gegevens die zij onder andere verkrijgen via datalekken of hackaanvallen. Met deze informatie doen zij zich geloofwaardig voor als betrouwbare partijen, zoals banken. Via technieken als phishing, spoofing en smishing worden klanten misleid om toegang te geven tot hun rekeningen. Daarnaast worden fysieke methoden, zoals shouldering (het meekijken bij het invoeren van codes), nog steeds toegepast.

Een zorgwekkend voorbeeld is, waarbij criminelen zich telefonisch voordoen als bankmedewerkers. Ze overtuigen slachtoffers om geld over te maken naar zogenaamde ‘veilige rekeningen’ of om persoonlijke codes te delen. Dit leidt vaak tot financiële en emotionele schadeen kan het vertrouwen in banken onder druk zetten.

ABN AMRO ondersteunt klanten met diverse tools die bijdragen aan een veiligere bankervaring. Het Spaargeldslot biedt klanten bijvoorbeeld de mogelijkheid om hun spaargeld extra te beveiligen, terwijl pushmeldingen waarschuwen bij verdachte activiteiten. Daarnaast is de Gesprek Checkgeïntroduceerd, waarmee klanten direct kunnen controleren of zij daadwerkelijk met een medewerker van de bank spreken.

Marco Hendriks: “Er wordt continu gewerkt aan het verbeteren van beveiligingsmaatregelen om fraude tegen te gaan. Tegelijkertijd blijven we benadrukken dat samenwerking en bewustwording cruciaal zijn om klanten optimaal te beschermen tegen geavanceerde fraudemethodes. Uiteindelijk heeft iedere klant zelf de sleutel tot zijn of haar digitale kluis in handen.”


woensdag 12 november 2025

Nationale Zorgverzekeringwijzer waarschuwt consument: Wacht met vergelijken van zorgverzekeringen

Normaal gesproken barst het jaarlijkse overstapseizoen voor zorgverzekeringen op 12 november los. Zorgverzekeraars zijn dit jaar echter opvallend terughoudend met het bekendmaken van hun zorgpremies voor 2026. Verzekeraars moeten uiterlijk op 12 november de premies en polisvoorwaarden van het basispakket publiceren. Tot nu toe heeft slechts een klein deel dat gedaan. Voor de aanvullende verzekeringen hebben zij tot 19 november 2025 de tijd. De Nationale Zorgverzekeringwijzer adviseert consumenten daarom om te wachten tot na 19 november met het vergelijken van hun zorgverzekering. 

Tot enkele jaren geleden maakten zorgverzekeraars zowel de basis- als aanvullende premies uiterlijk op 12 november bekend, waardoor consumenten vanaf 13 november al konden vergelijken. Nu worden aanvullende premies vaak pas dagen later gepubliceerd.

“Wij adviseren om te wachten met vergelijken tot na 19 november,” zegt Femke Koning van  Zorgverzekeringwijzer.nl. “Pas dan zijn alle premies zichtbaar en kun je een écht weloverwogen keuze maken.”

Zorgverzekeringwijzer.nl ziet dat dit een trend is van de afgelopen jaren en dat zij steeds langer wachten met het bekendmaken van hun nieuwe premies en aanvullende dekkingen. Steeds meer zorgverzekeraars wachten tot het allerlaatste moment. Sommige zelfs tot vlak voor middernacht. 

Zo kunnen zij eerst zien wat concurrenten doen en hun eigen premie daar strategisch op afstemmen. Het doel: zo goedkoop mogelijk uitkomen en hoog eindigen in vergelijkingssites. “Het is in feite een strategisch marketingspel,” zegt Koning. “Verzekeraars willen graag in de top 3 van vergelijkingssites staan, want steeds meer mensen kiezen daar hun verzekering.” Maar dit zorgt voor meer onzekerheid bij consumenten en minder tijd om rustig te vergelijken.

“We roepen zorgverzekeraars op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen en te stoppen met praktijken die niet in het belang zijn van de consument,” aldus Koning.

Waar voorheen vooral verzekeraars met budgetpolissen dit deden, wachten dit jaar ook de grote zorgverzekeraars zoals CZ, VGZ, Zilveren Kruis en Menzis tot het laatste moment. Zorgverzekeringwijzer.nl volgt de bekendmakingen nauwlettend. Op de zorgpremie 2026 pagina  worden nieuwe premies direct toegevoegd zodra deze bekend zijn.

Het huidige zorgverzekeringstelsel is volgens Koning te ingewikkeld geworden. “Mensen snappen er niks meer van. We krijgen regelmatig vragen zoals: Wanneer worden de premies nou bekendgemaakt? Bestaat de restitutiepolis nog? Wat is het verschil tussen een budgetpolis, combinatiepolis en naturapolis? De doorsnee consument begrijpt er gewoon niks meer van. Hier moet verandering in komen.” Zorgverzekeringwijzer.nl roept daarom de Tweede Kamer en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op om te kijken hoe het gemakkelijker gemaakt kan worden voor de consument.

In 2026 zullen er enkele wijzigingen plaatsvinden binnen de zorgverzekering. De premie van de basisverzekering stijgt naar verwachting met drie tot vier euro per maand. Daarnaast verwacht Zorgverzekeringwijzer.nl dat de premies voor aanvullende verzekeringen licht  zullen stijgen. Je kunt tot en met 31 december 2025 een nieuwe zorgverzekering kiezen en overstappen. Veel mensen weten niet dat als je je oude zorgverzekering vóór 1 januari 2026 opzegt, je daarna nog tot 1 februari 2026 de tijd hebt om een nieuwe zorgverzekering af te sluiten.

ABN AMRO kondigt overname NIBC Bank aan

ABN AMRO Bank heeft overeenstemming bereikt met Blackstone over de overname van NIBC Bank. Met deze overname breidt ABN AMRO haar retailbankactiviteiten verder uit en verstevigt zij haar sterke positie op de Nederlandse markt.

NIBC, opgericht in 1945, is een goed georganiseerde, ondernemende bank die voornamelijk op Nederland is georiënteerd. De bank is gespecialiseerd in hypotheken, spaarproducten, commercieel vastgoed en digitale infrastructuurfinanciering. NIBC bedient ongeveer 325.000 spaarklanten, 200.000 hypotheekklanten en 175 zakelijke klanten binnen Noordwest-Europa, de geografische footprint van ABN AMRO.

Marguerite Bérard, Chief Executive Officer van ABN AMRO: “De overname van NIBC biedt een unieke kans om onze positie op de Nederlandse retailmarkt verder te versterken en draagt bij aan winstgevende groei. Deze transactie voldoet aan onze overnamecriteria en sluit volledig aan op onze nieuwe strategie. Deze strategie, die gepresenteerd wordt op de Capital Markets Day op 25 november 2025, draait om winstgevende groei, kostenbeheersing en het optimaliseren van onze kapitaalpositie.”

ABN AMRO neemt NIBC van Blackstone over tegen een overnameprijs die gebaseerd is op 0.85 keer de boekwaarde van het aandelenkapitaal van NIBC op de overnamedatum. De geschatte overnameprijs ligt rond de EUR 960 miljoen en is onder voorbehoud van aanpassingen bij de afronding van de transactie. De overname zal naar verwachting de winstgevendheid van ABN AMRO verder verbeteren en zal resulteren in een rendement op geïnvesteerd kapitaal van rond de 18% voor 2029. Verwacht wordt dat de overname leidt tot synergievoordelen met een laag uitvoeringsrisico. De totale impact van de overname op ABN AMRO’s CET1-ratio wordt geschat rond de 70 basispunten bij overname.

De afronding van de transactie is onder voorbehoud van goedkeuring door toezichthouders en de gebruikelijke consultatieprocedures van de ondernemingsraden binnen ABN AMRO en NIBC. Naar verwachting wordt de transactie in de tweede helft van 2026 afgerond.

In verband met de overname van NIBC heeft ABN AMRO haar hypotheekmerkstrategie onder de loep genomen. Hierbij heeft de bank besloten zich te blijven richten op haar belangrijkste hypotheeklabels, ABN AMRO en Florius, en het Moneyou-label te beëindigen. Hiermee creëert ABN AMRO ruimte voor de mogelijke toevoeging van het sterke NIBC-hypotheekmerk aan haar product- en merkenportefeuille. Daarnaast is ABN AMRO van plan om ABN AMRO Hypotheken Groep B.V. juridisch te fuseren met ABN AMRO Bank N.V. om de operationele efficiëntie verder te verbeteren.

Ook zorgt de overname van NIBC voor schaalvergroting voor ABN AMRO op de Nederlandse, Duitse en Belgische spaarmarkten. Tegelijkertijd onderzoekt ABN AMRO de mogelijkheden voor synergiën door een combinatie met haar beleggingsplatform BUX.